|
|
|
|
Zet een stukje van je tuin af
|
|
Allereerst is het slim om jouw uitgekozen stukje tuin af te zetten. Hierdoor weet jij precies waar je gaat zaaien en waar je vervolgens even niet meer moet lopen. Dit kun je bijvoorbeeld doen door in elke hoek een klein stokje of paaltje te plaatsen en hier een touw tussen te spannen.
|
|
|
|
Haal oud gras, onkruid, wortels en steentjes uit de bodem
|
|
Vervolgens is het belangrijk om onkruid en eventueel oud gras van de grond en uit de bodem te halen. Spit 25 tot 30 centimeter onder de grond om wortels en steentjes weghalen. Als je dit laat zitten, kan jouw gras niet goed groeien en zullen niet alles zaadjes ontkiemen. De nieuwe grassprietjes kunnen dan namelijk niet de voeding opnemen die zij nodig hebben.
Als de grond helemaal klaar is, kun je een bodemtest uitvoeren om precies te ontdekken wat jouw bodem nodig heeft. De bodemtest meet de pH-waarde, ook wel de zuurtegraad van de grond, deze hoort tussen de 5.5 en 7.0 te liggen. Gras en ook veel planten hebben deze zuurtegraad nodig om goed te kunnen groeien. Dankzij een bodemtest weet jij precies hoeveel
gazonkalk jij moet strooien om deze pH-waarde te bereiken. Je kunt daarnaast waar nodig je bodem aanvullen met
gazongrond.
Voordat je gaat zaaien is het bovendien goed om de grond te voeden met mest. Daarnaast geeft de bodemtest dus aan of jouw grond kalk nodig heeft en kun je de
gazonmest en de kalk tegelijkertijd strooien. Over het algemeen is het goed om voor het zaaien eerst zowel kalk als mest te strooien en kun je handig Pokon gazonmest met kalk gebruiken.
|
|
|
|
Geef de grond een weekje rust
|
|
Als je kalk en mest hebt gestrooid, is het verstandig om jouw aankomende gazon een weekje rust te geven. Zo heeft de grond de tijd om goed vruchtbaar te worden en zullen de zaadjes vervolgens goed ontkiemen.
Nu ga je richting het echte werk: het zaaien! Hark eerst de grond voorzichtig los, zodat alle overgebleven kluiten verdwijnen.
|
|
|
|
Bereken hoeveel zaad je nodig hebt
|
|
Bereken hoeveel kilo
zaad jij nodig hebt voor jouw tuin. Over het algemeen geldt: 1 kilo graszaad voor 40 tot 50 m2. Dit betekent dat je 250 gram nodig hebt voor een klein veldje van 10-12.5 m2, 500 gram voor een middelgroot veld van 20-25m2 en 2 kilo voor een groot veld van 80-100 m2.
|
|
|
|
Strooi de zaadjes kruislings over de aarde
|
|
Verdeel nu het zaad in twee gelijke porties en strooi het eerste deel in een brede worp horizontaal over jouw veld. Strooi hierna de tweede portie verticaal over jouw veld. Dit kruislings zaadjes werpen zorgt ervoor dat overal zaadjes komen te liggen en jij een vol gazon krijgt. Zaai de randen van het veld iets dikker, zodat ook daar het gras goed gaat groeien.
|
|
|
|
Hark voorzichtig de grond los en duw de randen aan
|
|
Hark nu heel voorzichtig jouw net gezaaide gazon en duw de aarde aan door er bijvoorbeeld rustig overheen te lopen. Vergeet hierbij ook de randen niet. Loop hierna 2 weken lang niet meer over dit stukje tuin, anders zal het gras helaas niet ontkiemen.
|
|
|
|
Sproei de grond met een lichte straal water
|
|
Water is ook heel belangrijk voor de zaadjes en daarom kun je het beste direct na het zaaien het stukje grond sproeien met een handige
handsproeier. Sproei met een zachte waterstraal, zodat je de zaadjes niet meteen wegspoelen. Dit sproeien moet je 2 tot 3 keer per dag herhalen tot het gras opkomt, geef telkens niet teveel water.